De toestand in de wereld: mij een zorg…
- Wat doet het nieuws met je: word je somber, verlamt het je?
- Lukt het je om echt bij de nood om je heen betrokken te blijven?
- Ben je in staat om met verwachting te bidden voor de wereld?
Het is zoals het is…
Deze uitdrukking hoor je te pas en te onpas. Als het om de nood in de wereld gaat is het natuurlijk goed om realistisch te zijn, om onder ogen te zien wat er aan de hand is. Aanvaarden is beter dan ontkennen. Maar het is ook een dooddoener als het betekent dat je je neerlegt bij van alles wat niet goed is. Petrus zegt: het einde van alle dingen is nabij gekomen, komt dus tot bezinning en wordt nuchter zodat je kunt bidden. (1 Petr. 4:7) Dat lijkt tegenstrijdig: open oog voor de feiten en bidden dat God met de feiten iets wil doen. Ik wil in dit artikel waakzaamheid en verwachting aan elkaar koppelen en laten zien dat ze samen moeten gaan om in een gezonde balans te blijven.
Een interessant model
In het model op deze pagina laat ik zien hoe waakzaamheid zonder verwachting leidt tot alarmisme en verwachting zonder waakzaamheid leidt tot triomfalisme. Laat me dat uitleggen.
- Waakzaamheid zou ik willen typeren als de bereidheid om te zien wat er echt aan de hand is in de wereld, zonder dingen te negeren, te verdoezelen of te relativeren. Daarvoor heb je natuurlijk Gods onderscheidingsvermogen nodig en een helder zicht op wat God daarover in zijn woord zegt. Ook vraagt het van ons dat we niet toegeven aan de neiging je terug te trekken in een veilige cocon. Het vraagt moed om de nood van de wereld echt tot je te laten doordringen.
- Maar de grote uitdaging is om die waakzaamheid te koppelen aan verwachting, de hoop dat God zal ingrijpen, dat als Jezus terugkomt alle lijden voorbij zal zijn. Maar dat niet alleen: verwachting betekent ook dat we in het hier en nu bidden dat Gods Koninkrijk al zichtbaar wordt. Verwachting heeft dus altijd twee kanten: het besef dat het uiteindelijk goed komt én het verlangen dat God nu al, daarop vooruitlopend, ons gebruikt om een verschil te maken.
- Als waakzaamheid niet samen gaat met verwachting, kan het gemakkelijk leiden tot alarmisme. Dat is een grote valkuil: omdat we dan niet voldoende bezig zijn met de vraag wat God aan het doen is, of wat Hij door ons wil doen, raken we gefixeerd op alles wat slecht gaat. We roepen dan ach en wee over de toestand in de wereld, alsof we toeschouwers zijn. Maar vanuit Gods perspectief zijn we óf deel van het antwoord, óf deel van het probleem…
- Maar we kunnen ook overschatten wat er nu al mogelijk is als het gaat om de doorbraak van Gods Koninkrijk. Zonder een gezond stuk realisme over het feit dat veel nood pas echt wordt doorbroken als Jezus terugkomt, worden we snel triomfalistisch. We denken dan dat alles van ons afhangt, dat als wij op de goede manier bezig zijn, we het Koninkrijk hier kunnen realiseren. Het is goed om alles te doen wat mogelijk is, zolang we beseffen dat het altijd stukwerk blijft.
Dit model laat ons zien dat een gezonde balans niet vanzelf ontstaat. Waakzaamheid, echt beseffen hoe de wereld ervoor staat, dwingt ons te bidden en te vragen wat op Gods hart is en wat Hij op onze weg brengt. Als we die uitdaging uit de weg gaan, worden we overweldigd door alles wat we zien en vergeten we dat God ons wil inschakelen in zijn plan. Maar de neiging kan zijn dat we passief worden uit een allergie voor mensen die denken dat we alles kunnen veranderen en ons afzetten tegen dat soort triomfalisme. En omgekeerd: de mensen die zich graag inzetten, kunnen door het alarmisme van hen die teveel nadruk leggen op de gebrokenheid, van de weeromstuit hun ogen daarvoor sluiten en tot triomfalisme vervallen.
Alleen waakzaam | Waakzaam en tegelijk verwachtingsvol | Alleen verwachting |
We raken overweldigd door alles wat er in de wereld aan de hand is. We trekken ons terug, worden passief en vergeten wat God in en door ons wil doen. | We zijn betrokken bij de nood in de wereld. We nemen biddend onze plaats in. We beseffen dat God ieder een andere taak geeft, die past bij onze gaven en wie we zijn. We zijn bereid ons kleine stukje op te pakken in het besef dat we onmisbaar zijn in zijn grote plan. | We denken dat we Gods Koninkrijk hier en nu moeten realiseren. We leggen de lat te hoog en raken snel ontmoedigd of krampachtig. We vergeten dat het stukwerk blijft. |
Voor een uitgebreider versie van dit verhaal: hoofdstuk 7.7 van ‘het Omega dossier’.